Fijne wegen naar Portugal
Bij een monstertocht is de keuze van de route altijd een dingetje. Hoe verder de bestemming: hoe meer mogelijkheden. De kortste weg naar einddoel Ourique is 2382 kilometer (met de auto). Maar leuk is die route niet. Parijs, Bordeaux, Burgos. Op de fiets kies je een leuke route. En die heeft tot gevolg dat de vierde dag bijna pal westelijk ging, bepaald niet linea recta Portugal. Maar alles voor een leuke route.

Er zijn een heleboel fietsboekjes met routes, veelal door Frankrijk. Broer Frank koos het boekje Langs oude wegen door Frankrijk tussen Maastricht en Pau. Frank wil de Pyreneeën slechten over de Col de Pourtalet (1794 meter) bij Pau. Logisch. Frank heeft nog een tweede keuze gemaakt: soepel door de Ardennen fietsen, heuvels die bij hem niet favoriet zijn. "Ik verdraag dat steeds maar klimmen en dalen heel slecht. Een lange col in de Alpen of de Pyreneeën kan ik beter aan." Of dat laatste waar is dat zullen we later merken.
Oplossing voor dat Ardennen-probleem: de Vennbahn, het schitterende fietspad over een oude spoorlijn tussen Aken en Troisvierges in Luxemburg. Wat extra kilometers maar altijd met fijne stijgingspercentages en een nogal oostelijke koers. En dan moet je ook weer terug want Portugal ligt best westelijk. De schatting is dat we circa 2800 km gaan wegtrappen.

De tocht van vandaag was eigenlijk best aardig, lieflijk glooiend landschap met veel herinneringen aan de wereldoorlogen. Het is er wel stil. Natuurlijk het is tweede paasdag en er zijn nauwelijks mensen op straat. Wel veel auto's voor de huizen. Kennelijk is Pasen binnenzitten met elkaar. De winkels en cafés, voor zover die er zijn, zijn allemaal dicht. Weer een dag zonder een plek om koffie te drinken. De trap bij de ingang van een gemeentehuis biedt uitkomst: droog en uit de wind.

Behalve een fraai landschap zijn er weinig hoogtepunten onder weg. Een brug over de Maas. Dorpjes met soms erg grote kerken. Het landschap golft en golft en is bedekt met grote akkers, veelal met koolzaad die nu al fraai geel kleuren. "Een golvend tapijt van onafzienbare akkers", zegt het boekje. Vaak kaarsrechte wegen, maar dat schiet snel op. Tenzij je wind tegen hebt, meldt de route-auteur attent. Er staan hier best veel windmolens dus de wind kan kennelijk aardig huishouden.

Nou dat hebben we gemerkt, zeker op het laatste stukje. We gaan naar het westen, de favoriete windrichting in west-Europa. Het beukt. Ik krijg visioenen van de Afsluitdijk met wind tegen. Zo erg is het vast niet, maar met al 80 kilometer in de benen, is elk zuchtje tegenwind een gruwel. Dus kop-over-kop. Ieder één kilometer. Broer Frank past niet voor zijn kilometers, zeker op het vlakke. Zijn vorm en uithoudingsvermogen gaan pijlsnel omhoog. Hij zal de eretitel wagon mogelijk snel verliezen.

Het volgen van de route in het boekje gaat gemakkelijk. Je koopt de digitale versie van het boekje met de kaarten en die kun je op je telefoon laten zien. Een groen cirkeltje toont waar je bent en je hoeft alleen maar op het rode lijntje te blijven. Een kind kan de was doen. De telefoon moet voortdurend stroom hebben anders stokt het navigeren na twee uur. Onder het stuur hangt een tasje met een powerbank, dat gaat goed. Tenzij het regent. Dan wordt de telefoon nat en wil hij niet meer laden, totdat hij is opgedroogd.
Vandaag weer 110 km verder. Al eenzesde deel in de pocket.
